Het gerecht en de fiscus krijgen binnenkort meer zicht op de geldstromen in ons land, zo berichtte deze krant gisteren. Het Centraal Aanspreekpunt (CAP), waarin die informatie wordt verzameld, wordt immers uitgebreid.
Om met een positieve noot te beginnen: het wetsvoorstel lijkt een stap vooruit te zijn. Dat er extra informatie wordt toegevoegd aan het CAP, dat de informatie dynamischer en meer up-to-date zal zijn, dat kan alleen maar toegejuicht worden.
Anderzijds blijft de toegang voor de fiscus beperkt. “Het kan niet dat elke ambtenaar bij de fiscus zomaar alle mogelijke data kan raadplegen”, zei minister van Financiën Van Overtveldt zelf. Bovendien, dankzij de internationaal ingevoerde “automatische uitwisseling van gegevens”, beschikt de fiscus vreemd genoeg over meer informatie over buitenlandse rekeningen van Belgische belastingplichtigen, dan over hun Belgische rekeningen. De veranderingen blijven dus beperkt.
Wat met de privacy?
Minister Van Overtveldt verklaarde dan ook snel dat het zeker niet de bedoeling is om een vermogenskadaster op te richten, “waar we zoals een Big Brother naar kijken”. Zo komt de minister met een argument dat vaak – en niet zonder welbegrepen eigenbelang – door fiscale adviseurs gegeven wordt: privacy. Nochtans is dit een zeer twijfelachtig argument.
Ten eerste wordt het argument zeer selectief gebruikt. Als het om het controleren van werklozen of leefloners gaat, lijkt er in elk geval veel minder ophef gemaakt te worden wanneer tot diep in hun privéleven wordt binnengedrongen.
Ten tweede is transparantie zeker niet altijd slecht. In landen als Zweden, Noorwegen en Finland is de fiscale transparantie veel groter, en dat zijn landen waar het vertrouwen in anderen groot is. In Zweden verminderde ook de loonkloof tussen mannen en vrouwen nadat belastinggegevens vrijer beschikbaar werden.
Ten derde, voor wie privacy toch zo belangrijk vindt, is er nog altijd het gegeven dat wat voor de fiscus beschikbaar is op dit moment niet publiek beschikbaar is. Ambtenaren bij de FOD Financiën hebben een beroepsgeheim. Net zoals ze de informatie over de lonen of het kadastraal inkomen van belastingplichtigen kunnen raadplegen maar moeten beschermen, is perfect hetzelfde mogelijk met informatie over vermogen en vermogensinkomsten. Raadpleegbaar, maar met beroepsgeheim voor de belastingcontroleurs.
Het lijkt er dus sterk op dat privacy vooral een drogreden is om de privileges van de hoge inkomens en grote vermogens veilig te stellen. De uitbreiding van het CAP kan dat niet maskeren, en de manier waarop minister Van Overtveldt erover communiceert, maakt het net nog meer duidelijk.
Fiscale onrechtvaardigheid
Dat is dan ook de rode draad doorheen het belastingbeleid van deze regering: zorgen dat vermogens, hoge inkomens en bedrijven niet al te veel bijdragen. Dat blijkt ook uit de onnodige en regressieve verlaging van de vennootschapsbelasting, of de pertinente weigering om een meerwaardebelasting in te voeren. Of uit het feit dat de regering vaak internationale afspraken blokkeert, zoals bij de invoering van een Europese financiële transactietaks of een Europees plan tegen belastingontwijking door multinationals, waarvoor België een uitbrander kreeg van Europees Commissaris Moscovici. Of uit de bewust ineffectief opgestelde speculatietaks en effectentaks.
Hooguit kunnen we verwachten dat de regering, zoals bij deze uitbreiding van het CAP, zich aan internationale afspraken houdt. Het gaat hier immers om de omzetting van een Europese antiwitwasrichtlijn. “Niet meer dan dat”, benadrukte de minister zelf. Mooie samenvatting: niet meer dan dat.
Deze opinie verscheen eerder in De Morgen.