Laten we het maar toegeven, het was kortzichtig om te dromen dat de vaccins zouden volstaan om ons te verlossen uit deze verstikkende pandemie. Tussen torens van toiletpapier en honderdduizend minuscule puzzelstukken verliest een mens het zicht op het grotere geheel. Maar van de politici, die grote sommen publiek geld over tafel schoven naar de farma-industrie voor de ontwikkeling van een coronavaccin, hadden we iets meer voorzienigheid mogen verwachten.
Met een vaccin alleen win je het niet van een virus. De crux is dat die prikken ook zo snel en gelijktijdig mogelijk aan de hele wereldbevolking toegediend moeten worden. Anders blijf je tot het einde der tijden achter muterende varianten en swingende besmettingsgolven aanhollen. Onder epidemiologen was dat kwartje natuurlijk al lang en breed gevallen, net als het feit dat patenten zo’n operatie aardig in de weg staan. De memo was helaas niet aangekomen bij de Europese Commissie. Toen de farmabedrijven in 2020 hun hand ophielden voor geld om aan onderzoek en ontwikkeling te beginnen, had ze een geweldige hefboom in handen om garanties rond het delen van intellectueel eigendom af te dwingen. Maar het onderwerp kwam in de onderhandelingen niet ter sprake.
Jammer, maar niet onoverkomelijk. De zogenaamde Trips-waiver van de Wereldhandelsorganisatie voorziet in de mogelijkheid om de tijdelijke opschorting van patenten af te dwingen in een noodsituatie. Vorige week bleek uit een peiling van 11.11.11 en marktonderzoekbedrijf Ipsos dat ruim 60 procent van de Belgen voorstander is van het voorstel. Net als het Europees Parlement en zo’n beetje ieder land op aarde, met uitzondering van Noorwegen, Zwitserland en een handjevol Europese landen, waaronder België. Dat zijn de landen waar farmabedrijven als Moderna, AstraZeneca en Pfizer gevestigd zijn. Voor hen is het vaccin een geschenk uit de hemel: na eerst met publiek geld (terecht) royaal ondersteund te zijn, kunnen ze hun ontwikkelde vaccin duur verkopen. Zo verdient Pfizer ondertussen evenveel met zijn coronavaccin als met al zijn andere producten samen.
Het gevolg is schaarste en een ongelijke verdeling van de vaccins, die naar verwachting alleen maar groter wordt wanneer wij aan de derde prik beginnen. In lage-inkomenslanden kreeg nog maar een op de vijftig mensen een eerste spuit, en zo blijft het grootste deel van de wereldbevolking ongevaccineerd. Dat is een arsenaal aan lichamen waarin het virus blijft muteren, mogelijk tot een variant die resistent is tegen het vaccin dat ons moet beschermen.
Tegenstanders werpen op dat patenten noodzakelijk zijn voor innovatie. Alleen het vooruitzicht van een monopolie zou opwegen tegen het dure en risicovolle proces van geneesmiddelenontwikkeling. Maar in het geval van de coronavaccins werd die drempel met publieke investeringen verlaagd. In de context van een acute gezondheidscrisis houdt dat argument bovendien geen steek. Dan is juist optimale transparantie, uitwisseling en samenwerking noodzakelijk.
Voor de ontwikkeling van het coronavaccin hoefden politici niet veel meer te doen dan geld vrij te maken voor de wetenschap en farmabedrijven. De gelijke verdeling ervan over de wereld vraagt meer ruggengraat. De opschorting van de patenten is een noodzakelijke eerste stap, dat de weg vrij maakt voor een ‘People’s vaccine’, betaalbaar en beschikbaar voor de hele wereld. Zonder de Trips-waiver blijft het vaccin slechts een triomf van de wetenschap, niet van de mensheid.
Deze bijdrage verscheen eerder bij De Standaard